· 

Huahine - The most laid-back of them all

Van Mo'orea naar Huanine is het 90 mijl varen, een nachttochtje. Ivan wil weer eens oefenen in jong blijven en ik wil best weer een zeilnacht slapend doorbrengen. We mislukken allebei nogal jammerlijk in onze pogingen. De zee is weer eens zo onstuimig en rommelig dat er noch van jong blijven noch van slapen veel in huis komt.

Volgens de Lonely Planet is Huahine "The most laid-back island in French-Polynesia". Na drie maanden in Frans-Polynesië vragen we ons echt af hoe 'laid-back' dat dan wel moet zijn.

Stress is hier een westerse ziekte die met 'eilandtijd', onuitputtelijke vriendelijkheid, gulle vrijgevigheid en een brede glimlach (en als het even kan een verse hibiscusbloem, bloemenkrans of schelpenketting) geen kans krijgt om voet aan wal te zetten. Een droom!

Hoe je in deze ontspannen wereld dan het meest ontspannen van alle eilanden kan zijn, is ons een raadsel.

Na vijf vruchteloze ankerpogingen (steenharde ondergrond en veel patatten) zoeken we ons heil een paar mijl ten zuiden van de hoofdstad Fare, aan de rand van het rif. Ook daar hebben we nog twee pogingen nodig maar dan liggen we, oef! Alvast geen laid-back begin voor ons...

Ondanks het mooie uitzicht en het vooruitzicht om één dezer dagen op de eerste rij te staan wanneer de walvissen hier komen paren (nee, geen laid-back paren voor de walvissen), gaan we al na één nacht ankerop. Vaguebond was hier helemaal overgeleverd aan de sterke stroming in gevecht met enorme windvlagen (van 30 à 40 knopen) en patatten die lijken te vechten om zoveel mogelijk spiksplinternieuwe ankerketting om zich heen te verzamelen.

Weer enkele mijltjes verder maken we ons vast aan een boei en meteen daalt de kalmte over Vaguebond : vlak water, geen windvlagen en machtig zicht op het rif en de vallei.

's Avonds bij zonsondergang genieten we van een ankerborrel op het voordek. Aan de ene kant horen we de vogels hun slaaplied zingen in het bos en ruiken we de bomen die op adem komen na een hete dag. Aan de andere kant horen we in de verte af en toe de oceaan op het rif storten. In de volle maan zien we de golven op het rif breken en achter ons verdwijnen Raiatea, Tahaa en Bora Bora zachtjes in het laatste licht. De boot beweegt niet op het spiegelgladde water en wij drinken ons glaasje wijn en luisteren naar de nu oorverdovende stilte. Dit is een machtige avond, eentje die je in een doosje zou willen stoppen om voor altijd bij te houden of die je op zou willen nemen om af te spelen als je dreigt dit perfecte gevoel van rust en ontspanning te vergeten.

Maar ook de volgende dag is er één uit de duizend : we worden 's morgens verwacht op het strand van Hana Iti bij Philippe, een ex-blauwhelm die hier al 16 jaar 'bewaker' is. Hij organiseert 'private dining' en minder afgezonderde barbecues, maakt en verkoopt prachtige schelpenkettingen, geeft elke woensdag les in kettingmaken op de plaatselijke school en voor wie wil (ik!) ook op het strand en hij kookt met plezier met en voor toevallige passanten. Als je wil kan je je hand/hoofd/lichaam (schrappen wat niet past) door hem laten lezen en geneest hij je met natuurlijke middelen, hij heeft een speciale gave, ook eenzame vrouwen zijn bij hem aan het juiste adres...

We komen aan op een vers geharkt strand en na een strategisch soort damspel met amandelnoten en koraalstenen (waarin de regels tactisch pas worden uitgelegd nadat je je zet gedaan hebt) gaan we hout sprokkelen voor ons vuur. Nadat de kokosnoten gekraakt, leeggedronken en geraspt zijn maken Ivan en Yasna (een italiaanse van de buurboot) het vuur en begin ik aan het kokosbrood. We marineren de in zee geweekte kip (heerlijk zacht) en leggen alles te bakken. Ivan bewaakt als een echte chef-kok de barbecue en Yasna en ik vlechten onze borden uit kokosbladeren.

We zijn bijna vier uur aan het werk geweest maar het resultaat mag er zijn! Smullen eerste klas! (en geen afwas!)

Na de middag ga ik nog terug voor de kettingles, de tijd vliegt en voor ik het goed en wel besef gaat de zon alweer onder. Morgen staat er weer een kookdag op het programma maar dan moeten we Philippe delen met (betalende) charterboten, het wordt druk op het kleine strandje!

En dat hebben we geweten! De vrouw van de charterboot gedraagt zich alsof ze het strand en het kettingatelier en Philippe gekocht heeft en ze daarom het recht heeft om iedereen te bevelen en af te blaffen. Gezellige dame... Ook de andere strandbezoekers (gisteren waren we alleen, vandaag is het hier super druk!) blijven wijselijk uit hun buurt.

Gelukkig weten we nu hoe het moet en sprokkelen we hout (met Philippe's machete), maken vuur, raspen kokosnoten en plukken de juiste bladeren om ons zelfgemaakt kokosbrood in te bakken alsof we nooit anders deden.

Na het eten gaan we snel aan boord om pas terug naar het strand te gaan als de charterbak vertrokken is.

Op deze plek lag vroeger één van de meest chique 5-sterren hotels uit Frans-Polynesië. Het werd volledig van de kaart geveegd door een orkaan in 1998. We wandelen naar wat ooit de sundowner-terraces moeten geweest maar waar je nu tussen restanten van padjes, brugjes en gebouwen door laveert. Desondanks wandel je de hele tijd in het groen, tussen de meest exotische bloemen en onder immense bamboebomen door. Het is weer eens fenomenaal om te zien hoe snel de natuur weer de overhand neemt eens er geen menselijke hand meer tussenkomt.

De volgende ochtend vertrekken we naar het noorden, Bertha heeft kuren (kinderziekten?) en we willen zo snel mogelijk de Yamaha-dokter te pakken krijgen. Maar voor we vertrekken gaan we afscheid nemen van Philippe en mijn armbandjes afwerken. Uit het niets tovert hij drie volle zakken tevoorschijn, vol fruit! Een tros bananen, massa's 'citranges' (een kruising tussen appelsien en citroen), pompelmoezen en papaya's. Zomaar, kadootje. Hij had ze gisteren verstopt voor de charterboot...

Wonder boven wonder liggen we deze keer al na onze eerste ankerpoging als een huis voor Fare, 10m diep en in zand. Wanneer we aan land gaan staan An en Erik ons op te wachten, we ontmoetten hen gisteren op het strandje. Hoe klein de wereld toch weer eens blijkt te zijn, zoveel duizenden kilometers van huis en op een minuscuul strandje kom je mensen tegen die in je achtertuin wonen. Het wordt een gezellige middag in de bar en aan boord.

We vinden hier zelfs een perfect uitgeruste supermarkt met de totnogtoe goedkoopste potten Nutella en heerlijk vers stokbrood. Een fles zure wijn krijgen we met de glimlach terugbetaald en wanneer ik geen 100 cpf-stuk heb om een kar te nemen staan er drie mensen te dringen om te helpen, één met het 100cpf-stuk, één om mijn reeds volle tas over te nemen en één om de tourniquet al open te zetten zodat ik er nog makkelijker door kan. Terwijl ik inkopen doe krijgt Ivan hulp van andere locals om de watertanks te vullen aan de kaai.

Overdag heerst er in Fare een oergezellige drukte. Het halve eiland troept samen aan de kaai (we zien Philippe terug die geen water meer heeft thuis, vergeten te betalen...) waar talloze stalletjes staan met vers fruit en groenten, cocos glacés, firifiri, ijsjes en verschillende foodtruckjes met 'crêpes', 'gaufres' en ander lekkers. We vinden op een kwartier wandelen het postkantoor waar we wifi hebben en tussen de andere helft van de bewoners van het eiland terechtkomen. Ook hier weer kraampjes en gezellige babbels en geroddel.

Onze laatste dag willen we ook de rest van het eiland eens zien en huren we fietsen. We hebben net de tijd om Huahine Nui (groot) te ronden maar voor Huahine Iti (klein) wordt het te laat, spijtig. 
(Huahine was ooit één eiland tot de god Hiro zijn kano in het midden plantte en het eiland splitste.)
De tocht leidt ons langs de Marae-route.

Marae zijn offerplaatsen die eruit zien als 'een vierkante hoop stenen met grote stenen bovenop' (dixit Ivan). Ze vormen een heiligdom op een rechthoekig grondvlak, omgeven door een rand van stenen met een altaar, een offerplaats en een kist met de (menselijke) overblijfselen van de heilige van het heiligdom. De stenen (koraal of basalt) verbeelden de heiligen of voorvaderen voor wie het heiligdom is opgericht. Hier werden geboorten en huwelijken gevierd en begrafenissen gehouden. Ze waren de ontmoetingsplek van het dorp waar belangrijke besprekingen en beslissingen gehouden werden.

Voor de missionarissen hun rituelen verboden en maar 1 god predikten, was er zelfs sprake van mensenoffers. Op Huahine staat de grootste concentratie aan marae in Frans-Polynesië.

Nadat we heel wat mooie hoekjes en kantjes ontdekken (altijd zijpaadjes inslaan!) bezoeken we ook de 'anguilles sacrés', de heilige palingen. Een hele hoop dikke, zwarte palingen met blauwe ogen.
Om de 2km lange klim met een helling van 15% te overbruggen moeten we toch afstappen, naar beneden is veeeeeel toffer, zeker wanneer de stoom uit onze remmen komt als we beneden zijn. Al zou Ivan iets blijer geweest zijn indien ook zijn achterste rem had gewerkt...

Gelukkig was dit de zwaarste klim maar voor we terug in Fare zijn komen we toch nog een paar afstaphellingen tegen en met een compleet kapot achterwerk (wie verzint zulke zadels?) leveren we de fietsen weer af. We krijgen nog net de laatste cocos glacés van de laatste foodtruck die aan het opruimen is en ontdekken nog maar eens hoe fantastisch een verse kokosnoot is. We begrijpen hoe langer hoe minder waarom er op een Bounty kokosnoten staan, die smaakt helemáál niet naar kokosnoot! Heeft niemand daar ooit een echte verse kokosnoot geproefd?

Het zit er weeral eens op, na een laatste wandeling naar het postkantoor (er moeten toch echt wat foto's op de Facebookpagina!) en onze laatste inkopen tuffen we met Suzy weer aan boord. Inderdaad, met Suzy, Bertha is zo ziek dat we haar niet meer durven gebruiken, hopelijk kan de Yamaha-dokter in Bora Bora haar genezen. De Yamaha-dokter van Huahine zat deze week in Tahiti.

De boot is er zo goed als klaar voor, de afwas gedaan, de papaya versneden, ons glas wijn uitgeschonken. Onze pijp is helemaal uit maar op het strand spat de energie van de dansers en zangers van de groep die originele tahitiaanse krijgsmuziek speelt, genieten!

Morgenvroeg om 5.00 (wanneer mag ik nu eindelijk eens uitslapen?) vertrekken we naar Bora Bora, het meest luxueuse eiland van de Pacific waar we zullen flaneren tussen de groten maar vooral stinkendrijken der aarde.
Hmhm.